Metabolic Bone Disease (MBD) is geen diagnose maar een verzamelnaam van aandoeningen van het skelet bij reptielen.
MBD kan veroorzaakt worden door deficiënties in calcium of vitamine D3, te weinig blootstelling aan UV licht, teveel fosfor in de voeding of een aandoening van de nieren of de bijschildklieren.
Als een dier te weinig calcium of vitamine D3 in zijn dieet heeft of teveel fosfor opneemt komt het lichaam in een staat van Hypocalcemie (te weinig calcium). Calcium is erg belangrijk voor goede spiercontracties, bloedstolling, gezond bot, goede zenuw-spier functie en andere processen. Zodra het dier te weinig calcium heeft gaat het gebruik maken van het calcium wat in de botten is opgeslagen. Deze ontkalking verzwakt het bot. Dit is goed te zien op een röntgenfoto waar de botten dan minder wit zijn.
Klinische symptomen:
Vanwege de verschillende dingen waar calcium in het lichaam belangrijk voor is, zijn er ook verschillende symptomen. Dieren kunnen algemeen verzwakt zijn, minder eetlust hebben, klachten van het maagdarmkanaal laten zien. Jonge dieren groeien vaak slecht.
Typische bevindingen kunnen zijn: gezwollen, zachte kaken en het niet goed sluiten van de bek, een “Popeye-uiterlijk” de ledematen zien er dan opgezwollen uit en botten kunnen gebroken zijn. Bij een schildpad kan het schild zachter zijn, geen mooie platen hebben en de randen zijn vaak naar buiten en omhoog gekruld. Dieren richten zicht vaak niet meer volledig op, tijdens het voortbewegen. Sommige dieren laten spiercontracties zien. Vrouwelijke dieren komen vaak in de problemen tijdens de voortplanting.
Diagnose:
Tijdens een bezoek aan onze praktijk kan de dierenarts op basis van een goede anamnese en klinisch onderzoek met eventueel aanvullende testen als bloedonderzoek en röntgenfoto’s de diagnose stellen.
MBD is een serieuze en levensbedreigende situatie maar kan vaak succesvol behandeld worden met medische ondersteuning en goede veranderingen van huisvesting en voeding. Veel verschijnselen van MBD kunnen overgaan met de juiste behandeling als er tijdig wordt ingegrepen. Als de aandoening langer duurt is dit helaas niet altijd meer het geval. Tijdig een goede diagnose stellen is dus erg belangrijk!
Behandeling:
Het belangrijkste doel is zo snel mogelijk zorgen voor een juist calciumgehalte. Uw dier krijgt hiervoor 2 maal, met 1 week ertussen een injectie met calcium. Vaak wordt er ook vocht toegediend.
Naast deze injecties in de eerste weken zal ook een goed calcium voedingssupplement moeten worden gegeven.
Natuurlijk is een goed uitgebalanceerd dieet, hoog in calcium en laag in fosfor, de basis.
Dieren moeten bij hun optimale temperatuur en vochtigheid worden gehuisvest en er moet een goede juiste voeding worden gegeven. Dieren die niet eten moeten voorzichtig worden gedwangvoederd.
12 uur per dag dient er direct zonlicht of een goed werkende UV-B lamp (range 285 -320 nm) te zijn. Een UV lamp ouder dan 6 maanden heeft geen goede werking meer en moet vervangen worden. De UV lamp moet ongeveer 40 cm boven het dier hangen.
Voor de planteneters:
Gezonde groenten zijn bijv.: boerenkool, blad van raap, paardenbloem, andijvie, peterselie, zomerkool, paksoi, spinazie en snijbiet. 10-20 % mag fruit zijn zoals appel, banaan, meloen, aardbei.
Geef geen ijsbergsla, brood en broodproducten etc.
Dieren welke niet 100% fit zijn, zijn niet geschikt voor de fok. Ook is het verstandig om ze niet in winterrust te brengen zolang de gezondheid niet gegarandeerd is.
Het is heel verstandig om je reptiel jaarlijks bij de dierenarts te laten controleren op zijn/ haar gezondheid.
Neem dan ook verse ontlasting mee!